Met de installatie van de enorme compensators in het nieuwe deel van het leidingwerk aan de Haverstraat zit een monumentaal werk er bijna op. Voorman Johan Geverink stoft ze nog wat af en meet hoeveel de leidingen al zijn uitgezet. Vervolgens dicht hij de buitenkant van de leiding af met aanvullende afdichting (Stopaq) tegen lekkages, en dan zit het erop. ‘Wat hebben we op deze plek wat meegemaakt en neergezet,’ zegt Johan met enige verwondering in zijn stem.
Het is 18 maanden geleden dat de werkzaamheden aan de oude werfkelders begonnen. Destijds konden Johan en zijn team zich nog niet voorstellen wat er allemaal bij zou komen kijken. Het herstel van de werfkelders duurde langer dan verwacht. In de tussentijd werd er zelfs een heuse spookkelder ontdekt.
Een compensator?
De compensator waar Johan mee bezig is, vangt de beweging van de stadsverwarmingsleiding op. Deze leiding beweegt namelijk bij temperatuurveranderingen. Normaal gesproken leg je daarom een S-vorm in de leiding, ook wel een expansieslag genoemd. Hierdoor kan de leiding bewegen, maar in de situatie aan de Haverstraat was daar geen ruimte voor.
Teammanager Robbert de Visser kijkt ook terug op de geweldige samenwerking met alle betrokken partijen: “Niet elke dag komt zo’n uitdagend project voorbij. Ik ben enorm trots op mijn team en het geleverde werk.
De leidingen, daterend uit de periode 1951-1981, waren dringend aan vervanging toe om de bedrijfszekerheid te garanderen. Dankzij de geweldige inspanningen van ons bouwteam en de steun van Eneco, hebben we niet alleen de leidingen vervangen, maar ook de historische kelders gerestaureerd, het riool vernieuwd en aanpassingen aan de waterleiding gemaakt.
Vanaf de start in oktober 2022 tot aan de finishlijn hebben we talloze uitdagingen overwonnen: historische kelders, archeologische vondsten, oude nuts tracés, bodemvervuiling, asbestverdachte locaties en niet te vergeten, de toegankelijkheid voor bewoners en omstanders. Elk aspect van dit project was uitdagend, maar ook enorm belonend. Als ik het resultaat van al ons werk zie, kan ik niet anders dan trots zijn op ons team.”
Het werk is hiermee echter nog niet helemaal klaar. En net als je dacht dat ze het moeilijkste wel achter de rug hadden: een stukje verderop is de situatie alweer net zo uitdagend. Gelukkig gaat hetzelfde team, met een rugzak vol ervaring, verder.
De ploeg van Johan Geverink staat namelijk iets verderop weer tussen de monumentale panden te werken. Hier moet het laatste stuk van het nieuwe tracé worden gelegd en aangesloten op het bestaande tracé bij hotel Karel V. De ruimte is beperkt en de grond ligt vol met een wirwar van kabels. De panden zijn tot de fundering vrijgegraven. Er zijn eerder zelfs lateien geplaatst om een doorgang voor de stadsverwarmingsleidingen te creëren en verzakking van de gebouwen te voorkomen.
De mannen van Johan zijn inmiddels wel wat gewend. Met behendigheid manoeuvreert de kraan zich tussen de monumentale gebouwen door. “Je weet dat je hier weinig ruimte hebt, de meeste ruimte die je hier hebt is recht omhoog tussen de panden. Het is wat dat betreft elke dag weer een leuke puzzel om alles op locatie te krijgen,” merkt Johan op.
Een eindje verderop in de straat, zowel in zijn bus op straat als een aantal meter onder de grond, is lasser Leon van der Meulen bezig met het aan elkaar knopen van de laatste eindjes: de verwarming van de kelder van stripwinkel Blunder moet nog worden aangesloten. “Normaal is dit werk voor een loodgieter, maar voor de stripwinkel maken we een uitzondering en doen we de aansluiting zelf.”
Het werk komt nogal precies kijken, want Leon moet de leidingen uit dikwandig staal in een perfecte hoek buigen zodat alles goed uitkomt in de krappe kast.
De netbeheerder vereist dit dikwandige staal vanwege de hoge druk en temperatuur in de leiding. Dit is wel andere koek dan de standaard leidingen die wij normaal gebruiken. Toch gaat het Leon goed af; ‘in no time’ is de leiding geplaatst en wordt ook de kelder van Blunder weer verwarmd met water uit de nieuwe leidingen die dwars door de kelder heen lopen.
Met de aansluiting van het laatste stuk van het tracé en daarmee de aansluiting van stripwinkel Blunder op het net, is de cirkel letterlijk en figuurlijk rond. Er zal nog vaak worden gesproken over de belevenissen bij dit prachtige werk, maar het vizier staat ook alweer gericht op het volgende project in Utrecht. Ook dat hoort bij het werken bij Siers.